Dag 8: Vanochtend reden we met de bus over een smal bergpaadje omhoog. Eenmaal boven aangekomen moesten we nog een stukje lopen. Hierbij kwamen we langs een klein dorpje waar we even mochten kijken bij de plaatselijke school. Daarna liepen we verder via een bospad naar ons einddoel: de Beli Lena grotten. Hier hebben archeologen spullen en botten terug gevonden van 30 duizend jaar oude beschaving. Door archeologen zijn diverse wanden weer gereconstrueerd zodat we een idee hadden van hoe men hier leefden. Voor een grot langs viel ook een kleine waterval. Samen met het uitzicht gaf dit
een mooi beeld. Op de weg terug leerden we de bloedzuigers ook een beetje kennen.
Hierna zijn we verder gereden richting het zuiden. Bij een hotel boven aan een berg, stopten we eventjes voor een lekker kopje thee. Het werd toch een wat langer bezoek. Het was er erg mooi en had ook nog een lekker zwembad met schitterend uitzicht. Thee hebben we hier uiteindelijk alleen niet gedronken.
Onderweg naar ons eindpunt, reden we langs diverse theeplantages. Deze boompjes op de hellingen gaven een mooi beeld. En in de velden zagen we soms vrouwen lopen die de thee
plukten. Aan het eind van de middag kwamen we aan bij onze slaapplaats voor de nacht. Dit zou ook een kort nachtje worden, want om één uur ’s nachts zouden we alweer vertrekken naar Adam’s Peak.
Dag 9: Adam’s Peak of Sri Pada is voor boeddhisten een heilige plek. Op 2300 meter hoogte heeft Boeddha zijn voetstap achter gelaten. Maar ook voor andere religies wordt dit gezien als een heilige plaats. Zo geloven de Moslims dat de voetafdruk van Adam is, de Christenen geloven de heilige Thomas en de Hindu’s houden het op Shiva. Jaarlijks komen hier vele pelgrims, die over een van de verschillende paden naar de top gaan. De paden zijn lange trappen die minimaal 4000 treden hebben. De paden zijn verlicht met duizenden lampjes en onderweg staan vele kraampjes om honger en dorst te lessen. En bovenaan is er een schitterend uitzicht.
konden we dan ook droog afwachten. Hierna liepen we in de opkomende schemering verder naar de top. Hier zagen we soms watervallen van regen langs de treden omlaag komen.
Door dezelfde mistbank liepen we weer terug. Het was hierbij wel licht genoeg
om de treden te kunnen zien. Hoe lager we kwamen, des te meer zagen we ook van de natuur om ons heen. Tot we uiteindelijk onder de wolken vandaan kwamen. Toen hadden we een mooi uitzicht over de omgeving en de diverse watervallen. Na 14 kilometer lang traplopen kwamen we
rond een uur of negen vermoeid aan bij ons hotel. Dit gaan we nog een paar daagjes voelen.
Na een goed ontbijt en douche zijn we direct weer verder gereisd. Langs de vele theeplantages en enkele mooie watervallen kwamen we aan bij een statig Engels hotel in Nuwara Eliya. Dit dorp op 1884 meter hoogte was voor de Britten vroeger beter vertoeven door het gematigde klimaat. Ook is de Britse invloed terug te zien in de diverse gebouwen die hier staan. In de middag hebben we dit dorpje bekeken en wat inkopen gedaan.
Dag 10: Hoog in de bergen blijven de wolken lang hangen. Daarom zijn we vandaag niet de wandeling naar het natuurpark Horton Plans gegaan. We hoorden later op de dag dat dit een goede keuze was. Bij Horton Plains en World’s End was er veel bewolking, waardoor we niets zouden zien.
Dus deze dag hebben we
eens lekker uitgeslapen. In
de ochtend zijn we nog even
het dorp in geweest, want
voor de dames waren er wel veel mooie dingen te vinden.
In de middag zijn we naar een theefabriek geweest. Hier kregen we een rondleiding door
de fabriek. Via een aantal hallen konden we zien hoe de theebladeren werden gedroogd, gemalen en gesorteerd werden. Het is in principe een redelijk simpel proces, maar heeft best wel wat tijd nodig. Natuurlijk konden we ook nog een kopje thee proeven.
Dag 11: De route vandaag liep langs een berghelling omlaag. Toen we uit de bewolking kwamen hadden we dan ook weer een mooi zicht op de omgeving. Tussen de bergtoppen bleef de bewolking mooi hangen terwijl ondertussen in de volle zon zaten. Op de rand van het berggebied bij Ella hebben we bij een mooi uitzichtpunt een pauze gehouden.
Hierna liep de weg vrij snel omlaag. Na niet al te lange tijd reden we weer over een vlak landschap richting het zuiden. Rond het middaguur kwamen we
aan bij ons hotel in Tissamaharama.
Na de lunch zijn we met twee jeeps naar Yala nationaal park gereden. Dit park is het oudste, grootste en meest bekende park van Sri Lanka. Over verschillende zandpaden reden we rond op zoek naar het wildleven. We zagen onder andere krokodillen, apen, herten, buffels, pauwen en vele andere vogels. De olifanten waren een stuk moeilijker te vinden, maar we vonden
toch enkele in de verte. Het landschap was ook heel mooi met grote dorre velden, vele struiken en bomen en de Indische oceaan om de hoek. Voor het contrast met de hoge bergen in de ochtend en ’s middags op zeeniveau geeft ook een extra dimensie aan deze tocht. Bij de invallende nacht reden we weer terug naar ons hotel.